Paragraaf

Bedrijfsvoering

Rekening 2018

Rekening 2019

Begroting 2020

Begroting 2021

Toelichting

Formatie: aantal FTE per 1.000 inwoners

7,2

7,4

7,6

7,6

Bezetting: aantal FTE per 1.000 inwoners

7,3

7,4

6,8

6,9

Ruimte

-0,1

0,0

0,8

0,7

Formatie (excl. Griffie): aantal FTE

1.167

1.209

1.214

1.244

de toename van de formatie volgt uit nieuwe ontwikkelingen uit de mpb 2020-2023 en daarnaast het omzetten van structurele (uitbestedings)budgetten/ontvangen bijdragen van derden in fte's

Bezetting (excl. Griffie): aantal FTE

1.186

1.203

1.093

1.135

Formatieruimte (aantal FTE)

-20

6

121

109

vanwege de op handen zijnde reorganisatie en mogelijke wijzigingen in taken is een aantal vacatures nog niet structureel ingevuld. Daarnaast wordt er voor piekwerkzaamheden een flexibele schil aangehouden.

Inhuur (aantal FTE)

175

188

n.t.b.

n.t.b.

over het aantal fte inhuur wordt op realisatiebasis gerapporteerd. De omvang hangt samen met (tijdelijk) invullen van vacatureruimte, vervanging als gevolg van ziekte, projecten, tijdelijke behoefte aan specifieke deskundigheid en opvang van piekwerkzaamheden.

Apparaatskosten: kosten per inwoner

€ 728,00

€ 767,00

€ 742,00

€ 762,00

de apparaatskosten stijgen vanwege toegenomen automatiseringskosten a.g.v. digitalisering en door toename van de formatie

Externe inhuur: Kosten als % van totale loonsom

15,6%

15,90%

n.t.b.

n.t.b.

over de externe inhuur wordt op rekeningbasis gerapporteerd

Automatiseringskosten (* € 1 mln.)

€ 10,8

€ 11,4

€ 12,8

€ 13,8

door de toegenomen digitalisering zijn budgetten herschikt en nu automatiseringsbudgetten geworden (bijv. de kosten van documentaire informatievoorziening)

Inkoop % uitgaven bij lokale bedrijven

33,0%

n.t.b.

40,0%

40,0%

binnen de kaders van wet- en regelgeving proberen we lokale ondernemers maximale kansen te bieden

Overhead: % van totale lasten

9,30%

8,80%

9,90%

10,40%

alhoewel de absolute omvang van de overheadkosten is gedaald, stijgt het aandeel in de totale lasten. Dit komt door een daling van het begrotingstotaal, als gevolg van een herziene toerekening van de kosten van het grondbedrijf.

Bron: eigen gegevens (Vensters voor bedrijfsvoering)

Deze pagina is gebouwd op 10/02/2020 14:21:39 met de export van 09/28/2020 17:22:05